Lessen uit Chili #2: Co-creatie uit noodzaak

  • Samen thuis

Met de ‘halve’ huizen van het Chileense ontwerpbureau Elemental krijgt co-creatie letterlijk vorm: de architect ontwerpt de ene helft, bewoners ontwerpen en bouwen de andere helft. Deze ontwerpbenadering maakt met beperkt budget meer mogelijk. Wat levert dit op in de praktijk?

Ik bezoek Villa Verde, waar ruim 450 van deze halve huizen zijn gebouwd. De wijk ligt aan de rand van Constitución, een kuststadje dat in 2010 werd getroffen door een tsunami. Inwoners die hun woning verloren, kregen in Villa Verde een nieuwe plek. Zeven jaar na oplevering ga ik langs bij Pablo en Patricia, die me laten zien hoe zij hun halve huis hebben uitgebreid tot een passend thuis.

Villa Verde: een nieuwe plek voor thuisloze inwoners
In de vroege uren van 27 februari 2010 werd Chili getroffen door één van de zwaarste aardbevingen ooit. Voor Constitución, gelegen aan de monding van de Maule rivier, kwam de grootste klap echter vlak na de beving. Vanuit de Stille Oceaan rolde een tsunami de riviermonding binnen. Grote delen van de stad werden weggespoeld. Het zwaarst getroffen werden de bewoners in de buurten aan de waterkant.

Met een noodvaart werd de wederopbouw van Constitución in gang gezet. Moest er opnieuw gebouwd worden aan de rivier? Een complexe discussie met bewoners die zich daar zowel legaal als illegaal hadden gevestigd; met vissers die afhankelijk zijn van de nabijheid van de rivier; met rijkere inwoners die hun toplocatie aan het water niet zomaar wilden opgeven. Er werd gestemd en gekozen om het weggevaagde deel tot park te maken. Een park met bomen die de eerste klap van een toekomstige tsunami kunnen opvangen. Voor de thuisloze inwoners van Constitución werd een nieuwe plek gezocht, hoger in de heuvels.

Hier start de ontwikkeling van Villa Verde. Ontwerpbureau Elemental maakt het ontwerp voor de ruim 450 woningen. Ze kiezen voor een ‘incrementele’ aanpak: de woningen worden ontworpen als halve huizen, die later door bewoners zelf uitgebreid kunnen worden.

Op bezoek bij Pablo en Patricia
Ik ga op bezoek bij Pablo en Patricia, bewoners van één van de woningen in de wijk. Als ik de juiste straat in loop, staan ze me al zwaaiend op te wachten voor hun huis. Pablo was voorzitter van één van de vijf gemeenschappen waarin de wijk verdeeld was tijdens de ontwikkeling van de wijk. Hij vertelt hoe hij betrokken was bij het organiseren van bijeenkomsten waar de toekomstige bewoners werden meegenomen in de plannen voor hun nieuwe woning. “Wat is de optimale grootte van de patio? Wat is de beste plek voor de keuken? Regelmatig werd er gestemd over ontwerpvoorstellen en prioriteiten.” Want met beperkte middelen moet gekozen worden. Wat hoort bij de ‘eerste helft’ en wat kan later door bewoners zelf aangeschaft of gebouwd worden?

Patricia en Pablo in hun woonkamer in Villa Verde (Foto: Hanneke)

Gedeelde inspanning en zeggenschap
De uitwerking van de eerste helft is het domein van de architect. Elemental consulteert de toekomstige bewoners om hun behoeften zo helder mogelijk op tafel te krijgen. “Als een arts die de juiste diagnose probeert te stellen”, beschrijft Elemental-partner en architect Victór Oddó wanneer ik ter voorbereiding op mijn bezoek aan hun vergadertafel in Santiago zit. “Ontwerpvoorstellen bieden oplossingen voor deze diagnose.” Het ontwerp wordt vervolgens tot op de millimeter uitgedacht om zo efficiënt mogelijk met het beschikbare bouwbudget om te gaan en veilige, kwalitatieve uitbreidingen te faciliteren. “Het raamwerk moet zo helder zijn, dat bewoners er eigenlijk alles mee kunnen doen en dat het dan nog steeds werkt en staat.”

Voor de tweede helft van de woning zijn de rollen omgedraaid. Bewoners hebben de regie in handen en de architecten zijn beschikbaar om mee te denken. Oddó: “Je kunt in deze fase als architect verleiden met je eigen suggesties, maar bewoners hebben het laatste woord.” 

Een groeiend huis
Ook Pablo en Patricia bouwden hun huis na oplevering uit. Beneden leverde dit ruimte voor een zithoek en een eettafel op. De oorspronkelijke voordeur werd de doorgang van woonkamer naar keuken. Naast de eenvoudige keuken bevindt zich de badkamer, inclusief toilet. “De wasmachine was eigenlijk bedacht tussen toilet en douche, maar dat vond Patricia niet praktisch. Ze hebben een klein hoekje van de badkamer afgesnoept, om de wasmachine een plek in de keuken te kunnen geven.

Links: de plattegrond van de opgeleverde halve woning. Rechts: de plattegrond van de uitgebreide woning van Pablo en Patricia. (Afbeelding: Hanneke)

Bovenaan de trap hebben Pablo en Patricia een bergruimte gemaakt. De ruimte heeft alle aansluitingen om er een kleine badkamer met douche van te maken, maar in de praktijk bleek de ruimte harder nodig om spullen in kwijt te kunnen. Er hangt was, er staan extra stoelen en dozen met speelgoed voor de kleinkinderen. Een stukje van de ruimte is bij de slaapkamer getrokken als inbouwkast; net als de inbouwkasten in het eerst gebouwde deel.

Op de verdieping heeft de uitbreiding verder twee extra slaapkamers opgeleverd, die Patricia me één voor één laat zien. Ze hebben vier kinderen, die inmiddels niet meer thuis wonen, maar nog regelmatig langskomen inclusief kleinkinderen. In drie van de vier slaapkamers hebben ze een klein entresol onder de schuine kap gemaakt, met ruimte voor extra slaapplekken. Eén slaapkamer kan op deze manier dienst doen als strijk- en speelkamer. Patricia laat me een trappetje opklimmen, zodat ik kan zien dat zelfs de ruimte boven de trap is benut als opbergplek die vanaf het entresol bereikbaar is.

Onder de schuine kap hebben Patricia en Pablo in drie van de vier slaapkamers een klein entresol gemaakt, met ruimte voor extra slaapplekken. (Foto: Hanneke)

Kleine ingrepen, groot verschil voor het alledaagse gebruik
Ik zie hoe zorgvuldig Pablo en Patricia hun woning hebben uitgebreid en afgemaakt; ik zie hoe eigen de woning daarmee voor ze is geworden. Pablo benadrukt meerdere keren met trots dat de woning is verdubbeld in oppervlakte door de uitbreiding. Ze hebben slim gebruik gemaakt van de ruimte die er is. Niet in grote gebaren, maar met eenvoudige ingrepen die het verschil maken in hun dagelijks leven.

Gebruik én identiteit
Zeven jaar na oplevering zijn de meeste woningen door bewoners als Pablo en Patricia op eigen wijze ingevuld. De één heeft een winkeltje voor de deur; de ander een overdekte plek voor het sleutelen aan auto’s of het ophangen van de was. Opvallend is dat aanpassingen en investeringen lang niet altijd over gebruiksmogelijkheden of functionaliteit lijken te gaan. Ik zie nieuwe -meer frivole- raamkozijnen, decoratieve elementen en opnieuw beklede gevels met steenstrips of hout. Het afmaken van de halve huizen biedt óók ruimte voor persoonlijke smaak en identiteit.

Zeven jaar na oplevering zijn de meeste woningen uitgebreid. De uitbreiding geeft extra gebruiksmogelijkheden, maar ook ruimte voor persoonlijke smaak en identiteit. (Foto’s: Hanneke)

Product = proces
Bewoners hebben de ruimte hun woning naar eigen hand te zetten, zichtbaar in de straten van Villa Verde. De waarde van het concept van incrementele woningbouw zit daarmee niet alleen in de fysieke verdeling in twee helften. Het gaat ook -of juist- om het delen van de zeggenschap. Het maken van een huis wordt een gedeelde inspanning die niet ophoudt bij oplevering door de aannemer. De woning is geen kant-en-klaar product, maar iets dat in de tijd ontstaat.

Vervolg: Gedeelde kwaliteiten?
De straten van Villa Verde roepen echter ook de vraag op in hoeverre dit geldt voor de plekken rondom de woning. Wat betekent de straat, de buurt, de wijk voor haar bewoners? De gedeelde inspanningen in het concept van incrementele woningbouw richten zich voornamelijk op de woning. Bewoners komen bijeen als gemeenschap, maar worden als individuele bewoner aangesproken. Wat is de plek van gemeenschappelijke kwaliteiten en waarden in de Chileense huisvestingspraktijk? Lees over community building, het openbare leven en het ontwerp van de publieke ruimte in het volgende artikel.



Dit onderzoek naar co-creatie in Chili is mogelijk met steun van de Marina van Dammebeurs, in samenwerking met Universiteitsfonds Delft. Hanneke won de beurs in 2019 met haar plan om internationale voorbeelden van co-creatie te bestuderen en zo het co-creatieve vakgebied te versterken.